• Solide hybride: gebruik de hand-out

Als je denkt aan het onderwijs van vóór het computertijdperk, dan zie je waarschijnlijk een collegezaal voor je met een docent aan het krijtbord en studenten die luisteren en aantekeningen maken in hun papieren collegeblok. Hoe anders ziet het onderwijs er nu uit: Technologie is al niet meer weg te denken en ook de setting is flink veranderd. Door ontwerpprincipes als flipping the classroom en blended learning leren studenten meer online, samen met elkaar en buiten het klaslokaal.

uitleg

  • Een van de nieuwste settings, die nauw samenhangt met technologische ontwikkelingen, is locatie-onafhankelijk contactonderwijs. Ook wel hybride onderwijs, of multi-locatieleren genoemd. In een hybride (synchrone) onderwijssetting volgen niet alle studenten de les op dezelfde locatie als waar de docent zich bevindt. Zo kan bijvoorbeeld een deel van de studenten de les online bijwonen. Belangrijk verschil ten opzichte van een livestream is dat studenten op afstand actief worden betrokken bij de les. Bij puur hybride onderwijs zou het voor een student niet moeten uitmaken of hij/zij de les op locatie volgt of niet (Butz et al., 2016). Helaas gaat dit niet altijd op. Denk bijvoorbeeld aan praktijklessen waarbij de voorzieningen op locatie voorwaardelijk zijn voor het behalen van de lesdoelen.

Hybride onderwijs heeft als groot voordeel dat het een flexibel karakter heeft vanwege de mogelijkheid tot plaatsonafhankelijk leren. Daardoor biedt het bijvoorbeeld kansen voor doelgroepen die normaal gesproken niet konden studeren, denk aan full-timers, ouders, doelgroepen die ver moeten reizen (Raes, Detienne, Windey & Depaepe, 2020). Hybride onderwijs is in een stroomversnelling geraakt door de quarantaineplicht en andere Coronamaatregelen. Toch is er nog weinig onderzoek gedaan naar de effectiviteit van deze vorm van contactonderwijs en de invloed op leeruitkomsten.

Wat weten we al wel?

  • Hybride onderwijs is nieuw en vraagt om nieuwe kennis en vaardigheden (Raes et al., 2020).
  • Kwalitatief goed hybride onderwijs geven is een uitdaging. In eerste plaats omdat studenten op afstand zich minder betrokken voelen en hierdoor minder intrinsiek gemotiveerd zijn om te leren ten opzichte van studenten op locatie. Betrokkenheid en intrinsieke motivatie van studenten zijn voorwaarden om leerprestaties te verhogen volgens de self determinaton theory van Deci & Ryan (1985) (Raes & Vanneste, et al., 2020). Als docent zal je onder andere (extra) goed je aandacht moeten kunnen verdelen over de studenten op locatie en studenten op afstand (Orngreen et al., 2015). Interactieve en actieve werkvormen kunnen daarnaast zorgen voor meer studentbetrokkenheid.
  • De tweede uitdaging voor hybride onderwijs is de techniek (Raes & Detienne, et al., 2020). Je hebt te maken met AV-middelen op locatie en online techniek zoals Microsoft Teams of Bongo Virtual Classroom. Het is belangrijk om eerst uitgebreid te oefenen en experimenteren.
  • Deze uitdagingen brengen met zich mee dat docenten hun lessen en didactische aanpak mogelijk grondig moeten aanpassen (Cain, 2015; Ramsey et al. 2016).

toepassing

Ga naar deze sway

Vanwege bovengenoemde punten hebben we als O&O FG/FBSV een hand-out ontwikkeld die je helpt bij het ontwikkelen en geven van hybride onderwijs. We willen namelijk voorkomen dat we een voor een het wiel gaan uitvinden. In de hand-out lees je voor vier onderwijsscenario’s:

  1. geschikte werkvormen en lokaalindeling
  2. didactische en organisatorische aandachtspunten
  3. technische benodigdheden

We hopen dat je je voordeel kan doen met de hand-out. Heb je aanvullingen op basis van je eigen ervaringen? Of heb je vragen over de didactische aspecten van hybride onderwijs? Neem dan contact op met Joost Noordeloos, Kris Laan of Meike Japenga.

Literatuur

Raes, A., Vanneste, P., Pieters, M., Windey, I., Van Den Noortgate, W., & Depaepe, F. (2020). Learning and instruction in the hybrid virtual classroom: An investigation of students’ engagement and the effect of quizzes. Computers & Education, 143, 103682. https://doi.org/10.1016/j.compedu.2019.103682

Raes, A., Detienne, L., Windey, I., & Depaepe, F. (2020). A systematic literature review on synchronous hybrid learning: gaps identified. Learning Environments Research, 23(3), 269–290. https://doi.org/10.1007/s10984-019-09303-z

Butz, N. T., Stupnisky, R. H., Pekrun, R., Jensen, J. L., & Harsell, D. M. (2016). The Impact of emotions on student achievement in synchronous hybrid business and public administration programs: A longitudinal test of control-value theory. Decision Sciences Journal of Innovative Education, 14(4), 441–474. https ://doi.org/10.1111/dsji.12110

Ramsey, D., Evans, J., & Levy, M. (2016). Preserving the seminar experience. Journal of Political Science Education, 12(3), 256–267. https://doi.org/10.1080/15512169.2015.1077713.

Cain, W. (2015). Technology navigators: An innovative role in pedagogy, design and instructional support. In P. Redmond, J. Lock, & P. Danaher (Eds.). Educational innovations and contemporary technologies: Enhancing teaching and learning (pp. 21–35). UK: Palgrave Macmillan.

Orngreen, R., Levinsen, K., Jelsbak, V., Moller, K. L., & Bendsen, T. (2015). Simultaneous class-based and live video streamed teaching: Experiences and derived principles from the bachelor programme in biomedical laboratory analysis. In A. Jefferies, & M. Cubric (Eds.). Proceedings of the 14th european conference on Elearning (ECEL 2015) (pp. 451–459). UK: Academic Conferences and Publishing International Limited.

Deci, E. L., & Ryan, R. M. (1985). The general causality orientations scale – self-determination in personality. Journal of Research in Personality, 19(2), 109–134.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Creative Commons License

Gerelateerde documenten:

© Onderwijs – Onderzoek FG & FBSV 2024